Waar je op moet letten bij de aankoop van een laser voor tatoeageverwijdering

Door Raymond Schoeman

Toen ik mijn eerste laser kocht voor tatoeageverwijdering, herinner ik me nog hoe overweldigend het aanbod was. De belofte was verleidelijk: “picoseconde-laserapparaat!” Maar al snel ontdekte ik dat termen als ‘picoseconde’ en ‘nanoseconde’ niet altijd betekenen wat je denkt – en dat apparatuur alleen werkt als je de juiste eigenschappen begrijpt. Hieronder neem ik je mee in de reis van de slimme koper.

Pulsduur: picoseconde of nanoseconde?

Stel je voor: je zit in een kamer met twee mannen die met een hamer tegen een pot slaan. De eerste hamer is zwaar, de tweede licht maar razendsnel. Beide kunnen de pot breken, maar op een andere manier. Zo werken nanoseconde- en picosecondelasers ook.

Nanoseconde-lasers, zoals Q-switched apparaten, werken met pulsen van één tot enkele nanoseconden. Picosecondelasers daarentegen hebben pulsen met een duur tussen de 1 en 999 picoseconden — véél korter en krachtiger.

Apparaten die 1000 ps of meer claimen, zijn vaak in werkelijkheid gewoon nanoseconde-apparaten in een picopakketje (Bäumler et al., 2021).

Dus welke heb je nodig? Het slimme antwoord: allebei. De nanoseconde-laser breekt de grote pigmentfocussen af, zoals een grove beitel bij beeldhouwen. Daarna komt de picoseconde-laser om de kleine fragmenten te verkleinen tot ze door het lichaam kunnen worden opgeruimd (Hong et al., 2018; W Bäumler et al., 2022). Onderzoeken laten zien dat picosecondelasers sneller en effectiever zijn, met minder neveneffecten zoals littekens (Hong et al., 2018; Bäumler et al., 2022).

Golflengte: match met de inktkleur

Net zoals je een bril kiest die het heftige zonlicht filtert, moet je de golflengte van de laser laten aansluiten bij de kleur van de tatoeage-inkt. Zwarte inkt is vrij eenvoudig – bijna alle golflengtes werken – maar gekleurde pigmenten vragen om specifieke lichtspectrumkeuze (Kossida et al., 2015).

Groene tattoos weerkaatsen licht rond 500–565 nm en worden NIET behandeld met 532 nm, maar liever met 755 nm of 1064 nm. Rood of blauw? Dat vraagt dan om andere golflengtecombinaties. Voor uitgebreide kleurenselectie heb je een apparaat met meerdere golflengten. Deze kun je verkrijgen via meerdere caviteitsresonatoren (duur) of via wisselbare handstukken (betaalbaarder, maar met energieverlies).

En let op dat invloed van energie: sommige modellen verliezen tot de helft van hun vermogen bij wisselstukken — een valkuil waar veel kopers ingaan.

Energie-output: het hart van effectiviteit

De kracht van de laser komt tot uiting in de energie-output, meestal uitgedrukt in joules (J) of millijoules (mJ). Instapapparatuur (600 mJ) kost enkele duizenden dollars, terwijl professionele lasers (≥2 J) makkelijk boven de €70.000 uitkomen. Die extra mJ zijn essentieel om een tatoeage écht te verwijderen, niet alleen te vervagen (AOCD, z.j.; RealSelf-gebruikerservaringen).

Studies tonen dat succesvolle verwijdering — vaak meer dan 80 % pigmentneutralisatie — alleen behaald wordt met voldoende energie. En dat nanoseconde-lasers van dit kaliber in combinatie met picoseconden de beste resultaten opleveren (Hong et al., 2018; PMC-Optimising, 2015).

Koop bewust, behandel professioneel

Wil je écht effectief zijn in tatoeageverwijdering, neem dan een laser die:

  1. Echte picoseconde- én nanoseconde-pulsen biedt.

  2. Meerdere golflengten ondersteunt (via meerdere caviteitsresonatoren), afgestemd op inktkleur.

  3. Genoeg energie levert – minimaal 1–2 J, geen marketing-gadgets.

Met deze combinatie kun je betrouwbare, klinisch verantwoorde behandelingen uitvoeren. Idealiter werk je met apparatuur die een veilige “grove beitel én fijne beitel” biedt, zodat je het pigment stukje bij beetje effectief afbreekt. Dat betaalt zich terug in tevreden klanten, reputatie en omzet.

Referenties

Bäumler, W., Breu, C., Philipp, B., Haslböck, B., Berneburg, M., & Weiß, K. T. (2022). The efficacy and adverse reactions of laser-assisted tattoo removal – a prospective split study using nanosecond and picosecond lasers. Journal of the European Academy of Dermatology and Venereology, 36(2), 305–312.

De Freitas, L. F., & Hamblin, M. R. (2016). Proposed mechanisms of photobiomodulation or low-level light therapy. IEEE Journal of Selected Topics in Quantum Electronics, 22(3), 348–364.

Hong, J. H., Yoo, H. W., & Koh, J. S. (2018). Effects of picosecond laser on multi-colored tattoo removal using different wavelengths: a clinical and colorimeter analysis. PLoS ONE, 13(11), e0203370.

Kossida, T., Rigopoulos, D., Katsambas, A., & Anderson, R. R. (2015). Laser tattoo removal: a clinical update. Journal of Cutaneous and Aesthetic Surgery.

PMC-Optimising Laser Tattoo Removal. (2015). Journal of Cutaneous and Aesthetic Surgery.

RealSelf community discussion. (2020). What level of energy/fluence do your technicians use? RealSelf.

Scroll to Top