Bestraling is het vermogen dat wordt ontvangen door een oppervlak per oppervlakte-eenheid, W/cm2. Stralingsblootstelling (fluentie) is de energie die wordt ontvangen door een oppervlak per oppervlakte-eenheid, J/cm2. We weten al dat energie vermogen is vermenigvuldigd met een tijdseenheid. Fluentie is de meest bekende instelbare behandelparameter die je tegenkomt bij fotothermische lasertherapie.
De vraag is nu, hoeveel fluentie heb ik nodig om een gewenst resultaat te creëren? Hier is geen kort antwoord op. Het is niet alleen de hoeveelheid energie die je in een bepaald gebied in de huid toedient, die belangrijk is. Belangrijker is wat er gebeurt met de energie op het moment dat het de huid raakt. Het vet- en watergehalte van de huid bepaalt voor een groot deel de verstrooiing van de lichtstraal. Dit betekent dat de straal in veel kleinere stralen uiteenvalt en door verschillende factoren kan de energiedichtheid in het gebied waar je hem nodig hebt toenemen of verminderen. Dezelfde behandeling zal een ander resultaat hebben, afhankelijk van het hydratatieniveau van de huid en de hoeveelheid vet in het behandelingsgebied. Afgezien hiervan beïnvloedt de dichtheid van doelwit chromoforen in het pad van de laserstraal ook de benodigde fluentie.
De spotgrootte heeft een grote invloed op de penetratiediepte en in verschillende onderzoeken is aangetoond dat hoe groter de spotgrootte is, hoe dieper de penetratie van de lichtstraal is. Dit komt door het fenomeen dat verstrooiing weg van het doelgebied voornamelijk aan de buitenrand van de straal verschijnt. Dus hoe groter de spotgrootte, hoe meer energie er in het doelgebied achterblijft en dit leidt tot een diepere penetratiediepte.
Traditioneel bereiken hoge fluentie lasers voor ontharing tot 120 J/cm2. Dit wordt de laatste tijd echter op verschillende manieren uitgedaagd. Lage fluentie, hoge frequentie diodelasers zijn behoorlijk populair geworden in de naam van ‘pijnloze’ haarverwijdering. Hier worden 10 J/cm2 tot 20 J/cm2 snel gepulseerd, terwijl de therapeut het handstuk constant over een groter gebied van 10 cm2 tot 15 cm2 laat glijden. Er wordt aangenomen dat ‘staging’ van de hitte zal leiden tot vernietiging van de dermale papilla. Uit studies lijkt het erop dat de lage fluentie, hoge frequentie behandeltechniek een voordeel heeft op gebieden met dik donker haar vanwege de vermindering van pijn. Dit lijkt echter niet overal op het lichaam hetzelfde te zijn en vooral niet op het bikinilijn.
Hoe groter het gebied waarover je de energie verspreidt, hoe lager de energie op een specifiek punt in dat gebied zal zijn. Als je dik donker haar hebt, wat meestal het geval is voor minstens de eerste twee behandelingen, vereist het hogere chromofoor dichtheid minder energie om voldoende warmte te creëren om de dermale papilla te doden. Daarom lijkt het nuttig te zijn om een serie ontharingsbehandelingen te starten met een techniek van lage fluentie, hoge frequentie en halverwege over te schakelen naar een meer traditionele techniek met hoge fluentie.
De diepte van het doelwit chromofoor in het huid bepaalt ook de benodigde fluentie. Als je een gepigmenteerde laesie op de opperhuid behandelt, is veel minder energie vereist dan de behandeling van een ader in de lederhuid. Hoe dieper de chromofoor, hoe belangrijker een hogere fluentie. De penetratiediepte van een laserstraal wordt aan de machinezijde bepaald door de fluentie in combinatie met de spotgrootte. Dus, de J/cm2 over X cm2 op een gegeven moment.
Het vermogen om een hoog energieniveau te genereren over een voldoende groot oppervlak, dus hoge fluentie is een van de factoren die sterk wordt weerspiegeld in de aankoopprijs van een machine. De luxe van een grote spotgrootte met voldoende energie voor ontharing komt tegen een hoge prijs. De meeste fabrikanten van low-end apparatuur proberen dit te verbergen door fluentie (J/cm2) als parameter uit de gebruikersinterface te verwijderen en gaan in plaats daarvan alleen met energie (J).